Wie gaat beginnen met het bestraten van een tuin, zal altijd eerst een zandbed moeten aanleggen. Dit lijkt simpelweg neer te komen op het storten van zand op de plek waar de tegels moeten komen, maar het spreekt bijna voor zich dat hier wel iets meer bij komt kijken dan alleen dat. Wat dan precies de richtlijnen zijn, dat is misschien iets minder gemakkelijk te achterhalen. Daarom is het mogelijk om op deze plek te achterhalen wat nu precies nodig is om goed te kunnen betegelen als het gaat om de mate van zand die gebruikt moet worden.
De dikte
Natuurlijk kan je in het begin gewoon met zand strooien. Er is immers wel een bepaalde laag zand nodig om er zeker van te zijn dat je voldoende hebt gelegd om te kunnen betegelen. Er wordt aangeraden om in ieder geval een laagje zand van zo’n tien tot vijftien centimeter dik te leggen. Dit is een goede basis om mee te beginnen. Wel is het afhankelijk van de ondergrond waarop getegeld gaat worden. Is de grond wat zachter, dan kan het al snel slim zijn om het zandbed nog net iets dikker te maken. Denk dan aan bijvoorbeeld een dikte van twintig centimeter.
Afschot
De term afschot klinkt misschien wel bekend in de oren, zonder precies te kunnen zeggen wat het eigenlijk betekent. Het is eigenlijk heel simpel. Omdat er nu eenmaal neerslag valt moet er de mogelijkheid worden geboden om weg te stromen. Dit wordt gedaan door de tuin zogenaamd op afschot te leggen. Dat betekent dat aan de zijde van de woning de betegeling iets hoger ligt dan aan de andere zijde. Houd ongeveer een verschil van een centimeter aan om er zeker van te zijn dat het water goed weg kan lopen. Dit kan worden verzorgd met behulp van het leggen van het zandbed.